Help! Hoe overleef ik de peuterpuberteit?!
3 tips om om te gaan met de driftbuien van je peuter
Onze peuter van 2 jaar is ook écht een peuter van 2. Met alles wat er bij de peuterpuberteit komt kijken. Leren praten, onderzoeken, alles ‘zelluf’ willen doen, maar helaas ook met alle welbekende driftbuien.
Nu weet ik wel, het is goed voor kinderen om tegen de stroom in te gaan, daar krijgen ze een eigen identiteit van en daar leren ze hun eigen mening te vormen.
Allemaal hartstikke leuk, maar ook vreselijk vermoeiend en soms ook ronduit vervelend. Met het zich ter aarde storten, wanneer iets hem niet zint, kan ik nog wel goed omgaan, maar helaas heeft hij ook de neiging om te slaan wanneer hij iets niet leuk vindt.
Jaja, het kind van een opvoedcoach slaat ook en ook ik vind de peuterpuberteit lastig om mee om te gaan. En ook ik verlies soms mijn geduld… Dus hoog tijd voor een onderzoekje. Hoe ga ik nu om met de driftbuien van mijn peuter.
1. Zeg regelmatig ‘ja’
Een peuter wil de hele dag van alles. Helaas zitten daar een heleboel dingen bij die niet even handig zijn. Een peuter krijgt daarom heel vaak ‘nee’ te horen.
Nu vindt hij ‘nee’ een heel leuk woord om zelf te gebruiken, maar hij vindt het iets minder leuk om steeds nee te horen.
Moet je dan alles maar goed vinden? Nee, zeker niet, maar er zijn wat trucjes om ‘nee’ leuker te verpakken.
In plaats van ‘nee, je mag geen snoepje’, kun je ook zeggen ‘na je middagslaapje mag jij een snoepje’ en ‘je mag van tafel als papa klaar is met eten’ klinkt ook stukken vriendelijker dan ‘nee, je mag nog niet van tafel’.
2. Geef een keuze
Een peuter heeft weinig controle over zijn eigen leven, hij waait mee met de wind die thuis waait, maar af en toe blaast hij even heel hard terug.
Stel jezelf eens voor dat jij een peuter bent en iemand anders continu alles voor jou bepaalt…
Ja? Zie je het voor je? Dat je man je kleren voor je klaar legt en vertelt dat je vanavond om 22 uur naar bed moet. Vervelend hè?
Vinden peuters ook! Het kan een wereld van verschil maken als je je peuter een keuze geeft.
Natuurlijk kun je zelf bepalen waaruit hij kan kiezen. Zo wil mijn peuter tussen de middag graag ‘ggg’ op zijn boterham (vrij vertaald: hagelslag). Nu hebben wij de regel dat we tussen de middag geen zoetigheid op brood eten, dus helaas geen ‘ggg’ voor de kleine man.
Gevolg: drama… Kind boos (lees: hysterisch), ik geïrriteerd en de boterham met kaas (waar hij ook dol op is) is met geen vinger aangeraakt.
De volgende dag leek dezelfde situatie zich te herhalen, alleen bedacht ik net op tijd dat ik het anders ging aanpakken.
Hij wilde uiteraard ‘ggg’ en ik gaf aan dat we tussen de middag worst of kaas eten. Ik liet hem de kaas en de worst zien en vroeg hem welke hij graag op brood wilde. Hij koos vol overgave voor de kaas.
Kind blij, ik blij, boterham op!
3.Vertel je kind van tevoren wat er gaat gebeuren
Eén ding wat je nooit moet doen… Gaan ontbijten bij de HEMA. Je kunt daarna nooit meer de HEMA in met je peuter, zonder scènes, als je deze keer niet gaat ontbijten.
Zo gauw ik een stap over de drempel van de winkel zet, holt hij naar het restaurant, dolgelukkig.
Totdat… nou ja, je snapt het wel. Maar ja, soms heb je toch gewoon dat Jip en Janneke schepje nodig en zul je die drempel toch wel over moeten. Wat dan?
Vertel je kind voordat je de winkel in gaat dat je alleen een boodschapje nodig hebt en dat je een ander keertje weer in het restaurant wat gaat eten. Lijkt heel simpel en dat is het ook.
En als laatste… Die peuterpuberteit gaat voorbij… écht
En als laatste en misschien wel de belangrijkste… ADEM IN, ADEM UIT…
In de meeste gevallen gaat het allemaal ook weer voorbij. Blijf in gedachten houden dat je kind het niet expres doet (hoewel ik weet dat het soms wel zo lijkt).
Het is écht een fase.. Ik weet het, je gelooft me nu niet, maar het is écht zo.
You can do it!
birgit
op 25 Apr 2018Josefine Petersen
op 04 Jan 2020