Aankleden, het lijkt een simpele taak, maar je kind denkt daar anders over. Want voor hij ook maar één sok aan heeft, heeft hij al 86 andere dingen gedaan. Constant afgeleid en telkens weer bezig met andere dingen.
En jij bent hem ondertussen steeds aan het opjutten:
'Schiet nou eens op!'
'Heb je nou nog je broek niet aan?'
'Blijf nou eens van die auto's af en kleed je even aan!'
Voor je het weet sta je 's ochtends om half 8 al te mopperen en in de politiestand. Waarom luistert hij nou niet en waarom schiet hij niet gewoon even op?
Als je kind snel afgeleid is - belangrijk om te weten
Voor sommige kinderen is het geconcentreerd af maken van een taak of een opdracht heel ingewikkeld. Ze zien iets anders en dat trekt de aandacht. En zeg nou zelf, een racebaan met supersnelle autootjes ís toch ook interessanter dan je onderbroek?
Dat afgeleid zijn, is geen kwestie van niet mee willen werken of dwars willen zijn, het is gewoonweg niet interessant genoeg voor je kind. Hij legt ook het verband nog niet tussen: 'Als ik nu niet opschiet... dan zijn we straks te laat op school.' Nee. Hij denkt in het NU en in het NU zijn zijn auto's aantrekkelijker dan zijn onderbroek. Het zit nog niet in zijn systeem en dat is heel normaal. Ja zelfs als je kind 40 weken per jaar x 5 dagen, dus 200 dagen per jaar naar school gaat. Zelfs dan maakt dit het niet automatisch voor je kind. Dat is belangrijk om in je achterhoofd te houden.
Maar goed, dat wetende, wil je natuurlijk toch wel graag dat je kind een beetje doorgaat bij het aankleden en dat je niet drie kwartier hoeft te wachten voordat zijn linkersok om zijn voet zit.
Drie praktische tips om het aankleden sneller te laten verlopen
1. Vermijd afleiding
Als je kind snel afgeleid is, zorg er dan voor dat je kind in een prikkelarme omgeving zich kan aankleden. Jezelf aankleden in je slaapkamer, waar al je mooie speelgoed, je boeken, je knuffels staan, is voor een snel afgeleid kind natuurlijk de goden verzoeken. Alsof je zelf bij een wijnproeverij bent, maar niks mag proeven... (lijkt me echt vreselijk, maar dat terzijde).
Leg de kleren van je kind bijvoorbeeld in de gang/overloop. Daar gebeurt niet veel en de kans dat je kind afgeleid wordt, is stukken kleiner. En dus zal je kind veel sneller aangekleed zijn.
2. Houd het simpel en overzichtelijk
Houd je opdrachten klein en behapbaar. 'Ga je even aankleden' is te algemeen en te groot en daarom voor kinderen die hier moeite mee hebben een zinloze opdracht. En nogmaals, zelfs als dit iets dat je kind iedere dag doet, dan nog kan dit lastig zijn. Geef één opdracht tegelijkertijd en als het klaar is pas de volgende.
Het kan ook helpen om even een lijstje op te hangen met pictogrammen, waarop je kind kan zien wát hij moet doen en in welke volgorde. En in plaats van dat jij dan steeds moet opjutten, kun je vragen: 'Kijk even op je lijstje, wat je nog moet doen'. Dat is een veel gezelligere toon dan 'Hup hup, schiet nou eens op'.
3. Begin direct met wassen en aankleden
Begin de dag direct met wassen en aankleden. Als je eerst naar beneden gaat om lekker te ontbijten of iets dergelijks, wordt je kind gegarandeerd afgeleid door iets anders. Hij is lekker aan het spelen met de lego of even een filmpje aan het kijken en dan moet hij opeens aankleden. Ja, daar heeft hij dan natuurlijk geen zin in...
Voorkom dit soort momenten, door simpelweg pas naar beneden te gaan als je kind is aangekleed.
Houd het positief
Vergeet verder ook niet om het positief te houden. Bijvoorbeeld door te zeggen:
'Fijn, je hebt je trui al aan! Dat schiet lekker op.'
We vergeten snel om dingen te benoemen, die wij als vanzelfsprekend zien. Het lastige daarvan is, dat je al snel verzandt in alleen de negatieve dingen benoemen. Daarom een reminder om juist ook te benoemen wat wel goed gaat, zelfs als het maar heel simpel is (en jij eigenlijk vindt dat het heel normaal is).
---------------------------------------------
Vond je dit interessant? Download dan ook gratis de sneak preview van 'Supermama's bestaan niet'. In dit boek laat ik je precies zien waar het gedrag van je kind vandaan komt en hoe je hier, stap voor stap, anders op kunt leren reageren.
