Als gesprekken met je kind niets opleveren...

Lisette vertelde me laatst het volgende verhaal:

‘Ik word er soms zo moe van. Ik krijg maar geen grip op het gedrag van mijn zoontje (6). Ik heb nu al tig keer uitgelegd dat hij zijn zusje geen pijn mag doen, maar toch doet hij hét gewoon weer! Ik heb me nog niet omgedraaid of zijn gedrag begint weer van voren af aan.’ 

Dit is natuurlijk om moedeloos van te worden, waarom werkt het nou niet? Waarom snapt je kind nu niet gewoon dat hij zich anders moet gedragen. Zo frustrerend…

Dit is het verhaal van Lisette, maar het is waarschijnlijk ook jouw verhaal. Dit is namelijk herkenbaar voor heel veel ouders.

Ik zal je uitleggen wat hier aan de hand is en hoe je het kunt aanpakken.

Ons verwachtingspatroon is niet realistisch

Hoe jammer ik het ook vind om te zeggen, want we zouden met zijn allen graag willen dat het anders is, maar het punt is dat we vaak te veel verwachten van onze kinderen.

Een jong kind is nog niet in staat om te reflecteren op zijn eigen gedrag en te kijken naar wat hij anders kan doen in zo’n situatie. Zijn brein is nog niet ver genoeg ontwikkeld om uit de situatie te stappen, te overzien wat er gebeurt en te bepalen hoe dat de volgende keer anders kan. Die helikopterview, die daarvoor nodig is, bezitten ze gewoonweg nog niet.

Pas vanaf een jaar of 9 kunnen kinderen, gemiddeld genomen, op hun eigen gedrag reflecteren.

En het is ook niet zo gek. Vraag maar eens aan je kind wat hij vanmiddag heeft gedaan op school en je krijgt als antwoord: ‘Weet ik niet…’ of hij geeft als antwoord op de vraag hoe het op school geweest is alleen een: ‘Leuk…’.

Dus als je kind al niet weet hoe het vanmiddag op school was, laat staan dat hij dan antwoord kan geven op de vraag hoe hij zich nu ‘eindelijk eens een keer normaal gaat gedragen’.

En dan is er ook nog het stuk dat jonge kinderen hun impulsen nog niet goed onder controle hebben. Ze kunnen tijdens het gesprek met jou de ‘goede antwoorden’ wel geven, maar als het moment daar is, in the heat of the moment, zijn de impulsen sterker. Het gevoel is sterker dan het verstand.

Dus ondanks dat ze misschien wel weten dat ze niet mogen slaan (omdat je dat al 433 keer besproken hebt), op het moment dat dat vervelende zusje voor de zoveelste keer je speelgoed afpakt, neemt de boosheid het over en krijgt dat zusje toch een ram.

Je kind luistert niet tijdens zo’n gesprek

Daarnaast is de kans groot dat je kind tijdens zo’n opvoedkundig gesprek, helemaal niet écht naar je luistert. Hij hoort je aan, knik af en toe braaf, geeft wat gewenste antwoorden, maar dat is het dan ook. Je ziet en je voelt dat aan alles. Hij wiebelt, je hebt het idee dat hij zo snel mogelijk weer weg wil en je hebt het gevoel dat wat je zegt het ene oor in gaat en het andere weer uit.

En weet je, dat is ook zo. Je kind luistert niet naar je in zo’n gesprek.

Hij voelt zich namelijk op het matje geroepen, hij weet dat hij op zijn kop krijgt en dat voelt niet fijn. Hij schaamt zich misschien voor zijn gedrag en hij wil niet dat jij boos op hem bent. De automatische reactie van je kind is dan door zich daar van weg te stoppen, door zich af te sluiten. Dus geeft hij braaf antwoord, in de hoop dat jij dan eerder klaar bent. Maar echt bereiken doe je hem niet, want daar heeft hij zich van afgesloten.

Jouw gevoel dat je tegen een muur aan praat, klopt dus 😊.

Maar hoe pak je zo’n situatie dan aan?

Ok. Je weet nu dat die opvoedkundige gesprekken eigenlijk geen zin hebben, maar wat dan? Je kunt de situatie toch ook niet op zijn beloop laten?

Nee inderdaad. Dat kan niet. Als je kind zijn zusje te grazen neemt, dan zul je daar iets mee moeten doen. Je kind zal het namelijk moeten leren. Dat je kind nog niet kan reflecteren op zijn gedrag, wil niet zeggen dat je daar dus niks mee hoeft te doen. Als hij er namelijk nooit mee oefent, dan weet je zeker dat hij het op zijn 9e nog niet kan.

Dus bespreek dit soort dingen zeker met je kind. Verwacht er alleen (nog) niet te veel resultaat van. Weet wel dat je zaadjes aan het planten bent. Je zult alleen geduldig moeten zijn, voordat je kunt oogsten.

Een paar tips om het gesprek goed aan te gaan:

👍🏻 Gebruik humor

Houd het luchtig en maak een grapje. Je kind voelt zich veel minder op het matje geroepen, waardoor hij automatisch beter gaat luisteren naar wat je zegt, omdat hij zich niet afsluit.

👍🏻 Laat zien hoe het anders kan 

Kinderen weten vaak best wat ze niet mogen doen. Maar daarmee weten ze nog niet automatisch wat ze dan wél kunnen doen. Klinkt suf, maar het is echt zo. Helemaal in het heetst van de strijd, is het knap lastig om alternatieven te bedenken. Help je kind door samen alternatieven te bedenken.

👍🏻 Geef voorbeeldzinnetjes en laat je kind die letterlijk nazeggen

Niet slaan en je ruzie met je woorden oplossen is makkelijker gezegd dan gedaan. Het is een sociale vaardigheid die je kind echt moet leren. Je kan je kind helpen door voorbeeldzinnen aan te dragen en hem deze te laten herhalen.

‘Zeg maar tegen je zusje: ‘Ik ben er nu mee aan het spelen, jij mag straks als ik klaar ben.’’

En laat je kind vervolgens weten wat hij kan doen als zijn zusje daar niet naar luistert.

👍🏻 Houd het kort en praat niet alles uit

Oeverloze gesprekken, ruzies uitpraten, vervelende situaties uitpluizen… Het is aan de orde van de dag in heel veel gezinnen. Ik zie de ogen van de kinderen al rollen (want die houden helemaal niet van dit soort gesprekken) en de frustraties in de ogen van de ouders (want: HELP, hoe pakken we dit nu aan?)

Eigenlijk is het heel simpel. Zoals je net gelezen hebt, hebben de meeste van deze gesprekken niet zo veel zin. Het is dus zonde van je tijd.

Houd de gesprekken daarom kort en bondig.

En weet je. Je hoeft ook niet iedere situatie uit te praten. Soms is alleen een knuffel of een high-five met de opmerking: ‘Zullen we opnieuw beginnen?’ al genoeg.

👍🏻 Wacht tot je kind is afgekoeld

Het heeft geen zin om het gesprek aan te gaan met een kind dat boos is. Je gooit olie op het vuur en de situatie zal alleen maar escaleren.

Wacht totdat je kind is afgekoeld om het er over te hebben. En nogmaals, niet alles hoeft uitgepraat te worden. Dat is vaak de behoefte van ons, als ouder, maar helpt de situatie niet verder.


Vond je dit blog interessant? Dan is de 5-daagse minicursus ‘Word weer de ouder die jij graag wil zijn’ ook interessant voor je. In deze minicursus gaan we 5 dagen, samen aan de slag, om de rust en de gezelligheid terug te brengen in huis.

Na afloop van deze 5 dagen kijk jij met een andere blik naar het gedrag van je kinderen, weet je wat jouw invloed is op het gedrag van je kinderen, kun je lastige situaties positiever bekijken en geniet je weer meer van je kinderen. Meer weten? Klik op deze link.